“Verontreinigingen van nu zijn de zorgen van later”
In het grondwater – de belangrijkste drinkwaterbron voor Vitens – neemt het aantal verontreinigingen toe. Volgens geohydroloog Arnaut van Loon is deze ‘vergrijzing’ van het grondwater zorgwekkend. “Winningen verplaatsen is enorm lastig. Het is tijd voor rigoureuze beleidskeuzes.”
Het grondwater in Nederland ‘vergrijst’: de verontreiniging neemt toe. Naar verwachting zullen steeds meer grondwaterwinningen hiermee te maken krijgen. Geohydroloog Arnaut van Loon van KWR is nauw betrokken bij onderzoek en monitoring van de waterkwaliteit. “We zien het woord ‘vergrijzing’ steeds meer in beleidsstukken terugkomen. Hiermee wordt bedoeld dat steeds meer verontreinigingen op steeds grotere diepte in het grondwater terechtkomen.”
‘Vergrijzing’ moeilijk te stoppen
Als grondwater eenmaal verontreinigd is, ben je ver van huis, benadrukt Van Loon. “Een vervuiling verspreidt zich relatief makkelijk in het grondwater. Bovendien stroomt grondwater traag, dus een winning heeft daar nog lang last van. En als je uiteindelijk grondwater oppompt, kunnen verschillende verontreinigingen makkelijk mengen. Hierdoor neemt het risico op toxiciteit toe. Want een mengsel van verontreinigingen heeft grotere gezondheidsrisico’s dan een individuele verontreiniging.”
Het grondwater heeft met een groot aantal vervuilingen te maken. “Denk aan uitspoeling van gewasbeschermingsmiddelen en stoffen van consumentenproducten en industriële lozingen. Maar dit kunnen ook stoffen zijn die van nature al in het grondwater zitten, maar nu in grotere hoeveelheden zichtbaar zijn. Bijvoorbeeld de verhoogde nitraatconcentraties onder de landbouwgronden en verzilting.”
Vooral historische verontreinigingen
Het ligt aan de diepte van de winning hoe lang het duurt voordat een verontreiniging deze bereikt. “De ene winning zit op 10 meter en dan de ander op 400 meter diepte. Maar je kunt zeker uitgaan van tientallen jaren. We hebben daarom vooral met zogeheten historische verontreinigingen te maken.” De verontreinigingen van nu, kunnen het probleem van later worden, meent Van Loon.
Drukte in de bodem is een risico
Door de energietransitie neemt ook het aantal boringen voor bodemenergiesystemen toe. “Deze ontwikkeling kan een nadelig effect hebben op dieper gelegen winningen, want een boring gaat door kleilagen heen. Deze kleilagen beschermen het grondwater. Als ze beschadigen kan de vervuiling van het grondwater toenemen.” Bovendien wordt het steeds drukker in de ondergrond. “De ondergrond vult zich met meer dan een miljoen bodemenergiesystemen. Op die plekken kan geen toekomstige winning zijn.”
Winningen van vandaag, zijn ook die van de toekomst
Volgens Van Loon is de vergrijzing van het grondwater “echt wel zorgwekkend. De drinkwaterwinningen van vandaag, zijn ook die van de toekomst. Door hoge kosten en ruimtegebrek is verplaatsen van een winning ontzettend lastig.”
Bovendien weten we van veel nieuwe stoffen niet wat ze op lange termijn voor effect hebben op het grondwater. “Een deel van de maatregelen is uit voorzorg: we weten niet goed wat de risico’s zijn, maar we willen ongewenste gevolgen graag uitsluiten.”
Een voorbeeld hiervan is PFAS, licht Van Loon toe. Recent bleek dat deze stoffen toch veel schadelijker zijn voor de mens en het milieu dan aanvankelijk werd gedacht. “Maar nu hebben we nog tientallen jaren met deze stoffen in zoetwater te maken.”
Geen structureel beleid
Het landelijke beleid mist een goed palet aan harde maatregelen, vindt Van Loon. “Het is duidelijk dat het landelijke beleid nu niet toereikend is. Daarom nemen sommige sectoren vrijwillig maatregelen om verontreinigingen te verminderen. Maar dit soort programma’s, in bijvoorbeeld de landbouw, zijn vaak van tijdelijke aard. Deze maatregelen worden niet verplicht, ook al zijn de ervaringen goed. Na zo’n project gaan veel deelnemers weer op de oude voet verder.”
Onvoldoende draagvlak in politiek
De geohydroloog vindt dat er onvoldoende draagvlak is in de politiek om de waterkwaliteit te verbeteren. “Politici richten zich liever op de korte termijn en op effecten die direct zichtbaar zijn, zodat ze kunnen zeggen: kijk, dit heb ik gedaan en dit heeft gewerkt. Maar wat we nodig hebben zijn langetermijndenkers die gewaagde beslissingen durven te nemen.”
Landbouwtransitie is succesfactor
Is het tij nog te keren? Voor de komende jaren komen nieuwe maatregelen te laat. “Het duurt jaren voordat de effectiviteit van een maatregel of nieuw beleid zichtbaar wordt. Maar alleen maatregelen zijn echt niet genoeg. Uiteindelijk moet de landbouwtransitie naar een kringlooplandbouw veer sneller vorm krijgen. En in die transitie moet veel meer aandacht komen voor de grondwaterkwaliteit.”
Bij deze transitie heeft een individuele boer hulp nodig. “Zijn of haar investeringen zijn vaak nog niet afgeschreven. Daarom kan een boer niet zomaar de stap maken naar verduurzaming. Ook moet de landbouw gaan werken met kortere ketens en lokale grondstoffen. Maar dan nog zouden we op sommige plekken boeren noodgedwongen moeten uitkopen.”
Budgetten voor verduurzaming landbouw
Budgetten om de natuur te herstellen zouden ook aan de verduurzaming van de landbouw uitgegeven moeten worden, meent Van Loon. “Hiermee kunnen we een goede slag slaan om de grondwaterkwaliteit te verbeteren, want zo komen er minder ongewenste stoffen van de landbouw in het water. Drinkwaterbedrijven zijn vaak ook natuurbeheerders en hebben daar belang bij. Het zou mooi zijn als ze hiermee ook boeren helpen verduurzamen.”
Van Loon: “We kunnen niet zonder schoon drinkwater. Daarvoor hebben we voldoende schone bronnen nodig. Het is tijd voor rigoureuze beleidskeuzes. Door vervuiling en de druk op onze bronnen kan de beschikbaarheid van water in het geding komen. Zo kan in de toekomst de beschikbaarheid van schoon water net zo actueel worden als de coronaproblematiek van nu.”